De associatie groeit buitendijks boven de gemiddelde hoogwaterlijn op oeverwallen van kreken en prielen en op lage slibhoudende zandheuveltjes. Zij wordt bij stormvloed overstroomd. De zandige met slib gemengde, meestal sterk humeuze, nitraatrijke bodem is goed gedraineerd en doorlucht. Plaatselijk kan in de vegetatie vloedmerk worden afgezet. Lichte beweiding wordt verdragen, maar de associatie verdwijnt bij intensieve begrazing, vooral door vertrapping.
In Europa komt de Zeealsem-associatie voor van Denemarken, Schotland en Zuid-Zweden tot Noord-Bretagne en Zuid-Engeland, en bovendien langs de Baltische kust noordwaarts tot op Gotland. In Nederland heeft de associatie een grote verspreiding in het Waddengebied en in de estuariën in het zuidwesten.
De Zeealsem-associatie wordt gekenmerkt door de dominante kensoort Zeealsem en verder door het veel voorkomen van Rood zwenkgras (verbondskensoort), Gewone zoutmelde, Zulte, Zeeweegbree, Lamsoor en Gerande schijnspurrie (klassekensoorten). Ook Strandkweek, Spiesmelde, Klein schorrenkruid en Gewoon kweldergras komen vaak voor.
Schaminée, J., Sýkora, K., Smits, N. en Horsthuis, M., 2010, Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland, KNNV Uitgeverij Veldgids nr 25, 1e druk, pp. 289.