Op kwelders en schorren staat onder meer Stomp kweldergras, Pucinellia distans subspecies distans. Het gras groeit in dichte pollen en de kleur van de spruiten is grijsgroen. De bladeren hebben zowel op de linker als rechter bladhelft vijf duidelijke ribben, de nerven, en zowel de bladranden als het gedeelte langs de middennerf is zonder ribben. De pluimen zijn nogal ijl en na de bloei valt op dat de onderste pluimtakken naar beneden terugbuigen en de bovenste breed uit blijven staan.
Een op onze kwelders voorkomend meerjarig gras dat in bepaalde gemeenschappen beeldbepalend is, is Stomp kweldergras, Pucinellia distans, subspecies distans (L.) Parl. uit de Grassenfamilie of Poaceae. Je vindt het gras tegenwoordig ook steeds meer in de bermen van in de winter gepekelde wegen.
Het groeit in dichte pollen en heeft geen bovengrondse uitlopers zoals we die aantreffen bij Gewoon kweldergras. Ondergronds vind je ook geen wortelstok maar enkel een bijwortelstelsel. De bladeren en bloeistengels zijn enigszins grijsgroen van kleur. Op de overgang van bladschede naar bladschijf staat een vliezig tongetje. Het is ruim een mm groot en stomp.
De bladeren zitten voor het ontplooien gevouwen om de halm. Als het dan geopend is kun je net als bij Beemdgrassen zien dat de top bootvormig of kapvormig (tegenwoordig moet je wellicht zeggen hoodievormig) is en bij open wrijven tussen duim en wijsvinger splitst. De linker en de rechter helft van de bladeren vertonen in de lengte ribben; het zijn de parallelle nerven. Bij Stomp kweldergras tref je zowel links als rechts vijf ribben aan. De randen en het centrale deel van het blad, langs de middennerf zijn vlak zonder ribben.
De bloeiwijze is een open pluim, die nogal ijl overkomt omdat er aan de lange pluimtakken maar weinig aartjes zitten en dan vooral aan het uiteinde. Terwijl bij Gewoon keldergras de pluimtakken weer naar boven toe samentrekken, blijven die bij Stomp kweldergras uitgespreid staan en slaan de onderste pluimtakken zelfs terg in benedenwaartse richting. De bloemen in de aartjes zijn klein en het onderste kroonkafje, het lemma, van de onderste bloem is hoogstens 2,5 mm lang. Het is duidelijk stomp afgeknot. Het is wel vaak vanaf de voet roodpaars gekleurd. De nerf loopt niet door tot de top van het lemma, waardoor het langs zijn hele rand vliezig is.
Het is bij uitstek een gras van de zilte kwelders en schorren.
MM_211207
Het areaal van Stomp kweldergras groeit de laatste tientallen jaren in het westen en midden van Europa en Noord-Amerika. De van oorsprong aan zilte milieus gebonden tredplant heeft zijn weg gevonden naar de bermen van wegen die in de winter met zout worden gepekeld. In die bermen kan het zich goed vestigen en gemakkelijk concurreren met Engels raaigras. Het is zelfs uitgezaaid om verzoute bermen langs wegen een meer dichte begroeiing te geven. Wanneer het pekelen stopt en het zout uitloogt, wordt het echter door Engels raaigras, dat niet zo goed tegen pekelen kan, weer verdrongen.
Je kunt het gras tegenkomen in de buurt van mestvaalten. Daar is de bodem vaak rijk aan ammoniak en dat bevordert de vestiging en groei van Stomp kweldergras dat een grote stikstofbehoefte heeft.
Nog meer informatie over de ecologie van Stomp kweldergras en de relaties met andere organismen en het milieu is te vinden in Weeda, E.J. et al., (2003) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 5: 98.
Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 212-213.
Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 286. In deze flora wordt ook de oudere naam Zilt vlotgras vermeld.
Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Puccinéllia dístans.