Video Determinatie

Pitrus - Juncus effusus

Een opvallende grasachtige plant met stijve rechtopstaande stengels en een daaruit ogenschijnlijk zijdelings uittredende bloeiwijze is Pitrus, Juncus effusus. De plant heeft geen knopen in de stengel, groeit in dichte pollen of zoden en heeft een bossig uiterlijk. Het schutblad van de bloeiwijze staat recht in het verlengde van de stengel, maar op de overgang van stengel naar bloeiwijze en schutblad is een lichtgekleurde streep zichtbaar. Het is een plantensoort die een duidelijke voorkeur heeft voor natte bodem.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Een van de meest algemene grasachtige planten, die niet tot de grassenfamilie behoort, is de Pitrus, Juncus effusus L., uit de Russenfamilie of Juncaceae. De meerjarige plant is moeilijk uit de grond te trekken, wat wijst op een ondergrondse wortelstok.

De soort groeit bij voorkeur op natte standplaatsen, maar kan ook op wat drogere bodem goed gedijen. De plant groeit in dichte pollen en de wortelstandige, op schedes lijkende bladeren zijn rood- tot zwartbruin. De rechtopstaande bloeistengels zijn glad, glanzend en heldergroen en de trosvormige bloeiwijze lijkt zijdelings uit dit blad uit te treden, maar op de plaats waar de tros overgaat in de stengel zie je een dunne ietwat lichtgekleurde insnoering, waarop de bloeiwijze en het lange priem- of naaldvormige rechtopstaande schutblad van de bloeiwijze ontspruit. Dit schutblad staat derhalve exact in het verlengde van de bloeistengel. Als je in de lengte over de rolronde stengel wrijft voel je geen knopen, die je wel bij soorten uit de grassenfamilie voelt.

De bloeistengel en het schutblad zijn gevuld met ononderbroken wit sponsig merg. De stengel is meestal meer dan 4 x de lengte van het onderste schutblad.

De schijnbaar zijdelings uittredende bloeiwijze is meestal een redelijk uitgebreide pluim, maar het komt regelmatig voor dat deze samengetrokken is. In de bloeiwijze staan de vele russenbloemen. Ze hebben een bloemdek van 6 bladen, drie binnenste en drie buitenste bruin tot strokleurige bloemdekbladen, die je kunt beschouwen als een kroon en kelk. Deze 6 bloemdekbladen zijn ongeveer gelijk van vorm en kleur en ze steken een eindje uit boven de doosvrucht. Binnen zo'n kleine bloem vind je 3 meeldraden. Een onderscheid met bijvoorbeeld de Tengere rus, die 6 meeldraden heeft. Onder de bloem vind je twee vliezige steelblaadjes.

De soort komt voor op zure, natte grond aan waterkanten, in graslanden, op moerassige plaatsen en in bossen.

MM_121214

Laatste wijziging 130728

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Rus - Juncus
Plantvorm:
gras
Plantgrootte:
0.20 - 1.00 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleuren:
bruin, strokleurig
Bloeiwijze:
-
Bloemvormen:
russenbloem, regelmatig
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
3 bloemdek (kelkbladen), 3 bloemdek (kroonbladen)
Meeldraden:
3 meeldraden
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
1
Stempels:
3
Vrucht:
doosvrucht
Zaden:
-
Stengels:
rechtopstaand, glad, met merg gevuld
Schors:
-
Bladstanden:
wortelstandig-verspreid, in dichte pollen
Bladvormen:
priemvormig, naaldvormig
Bladrand:
gaaf
Ondergronds deel:
rhizoom/ wortelstok
Plantengemeenschappen:

Pitrus is een soort van de gematigde streken van het noordelijk halfrond. De soort staat op wat vochtige plaatsen en geeft dat ook aan als je de soort ziet bijvoorbeeld in grasland: dergelijke plekken zijn soms wat lager en daardoor natter dan de directe omgeving of ze liggen in de schaduw van een struikgewas of bosrand, waardoor er minder uitdroging van de standplaats optreedt. Schaminée, J. et al. (2010) Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland deelt Pitrus in in

08Bc3 Blaaszegge-associatie

11Ba2 Moerasheide

28Aa2 Associatie van Borstelbies en Moerasmuur

36Aa1 Associatie van Geoorde wilg

De plantensoort 'Pitrus' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Pitrus valt op door het ononderbroken merg in de stengels en de drie meeldraden in de kleine bloemen. De gelijkenis met Biezenknoppen valt op.

Nog meer informatie over de ecologie van Pitrus en de relaties met andere organismen en het milieu is te vinden in Weeda, E.J. et al., (2003) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 5: 26.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 136. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 202-203.

Een andere determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 305.

Uitspraak van de wetenschappelijke naam: Júncus effúsus