Gele composieten zijn er in overvloed en niet altijd gemakkelijk te herkennen. Gewoon biggenkruid heeft alleen helder gele lintbloemen, stengels die eigenlijk alleen maar wat schubjes als blad hebben, duidelijk wit pappus en op de bodem van de bloemhoofdjes stroschubben. Deze zijn vergelijkbaar met schutbladeren aan de voet van een bloem. Dit zijn vliezige blaadjes die tussen de afzonderlijke bloemen staan. De bladeren zijn bij elkaar geplaatst in een rozet. Ze zijn meestal opvallend behaard en voelen stevig aan.
Onder de Composietensoorten met alleen gele lintbloemen en wit melksap, zoals de Paardenbloem die heeft, kennen we een groep soorten die net als de Paardenbloem alleen een rozet van bladeren heeft en geen bladeren langs de stengel waar de bloemhoofdjes op staan. Hoogstens kan er sprake zijn van schubvormige blaadjes.
Naast de Paardenbloem behoren tot deze groep de Havikskruiden, Leeuwentanden, Biggenkruiden en Korensla.
Korensla onderscheidt zich van deze groepen door het bezit van schubben in plaats van pappus. Bij de andere vier groepen is er sprake van pappus dat uit haren bestaat. Havikskruiden en Paardenbloem hebben pappus dat uit ongeveerde haren bestaat. Biggenkruiden onderscheiden zich van Leeuwentanden door het bezit van stroschubben op de bloemhoofdjesbodem. Bij Leeuwentanden ontbreken deze stroschubben.
Gewoon biggenkruid, Hypochaeris radicata L., heeft aan de lintbloemen twee rijen pappusharen. Met een goede loep kun je dan zien dat de binnenste rij geveerd is (de haren hebben zijtakken), en dat de buitenste korter zijn en heel fijn getand. De stengel, die bijna altijd zijstengels heeft, is kaal of soms onderaan heel weinig behaard en er zijn wat schubjes, geen echte bladeren.
De rozetbladeren zijn meestal stijf behaard en voelen stevig aan. Ze zijn grof bochtig getand of enigszins ingesneden met stompe slippen en ze hebben een tamelijk brede en stompe eindlob. Ze zijn niet gevlekt.
De bloemhoofdjes zijn tamelijk breed tot wel 4 cm. Ze zijn de hele dag geopend (niet zoals bij de melkdistels, die na de middag sluiten). De buitenste lintbloemen zijn veel langer dan de binnenste omwindselbladen en ze zijn aan de onderkant grijsblauw van kleur. De platen van de lintbloemen zijn wel 6-10 mm lang.
De onderstandige vruchtbeginsels groeien uit tot nootjes met een lange snavel. Nadat de vruchten de bloemhoofdjesbodem verlaten hebben blijven soms nog wat stroschubben op de bloemhoofdjesbodem achter.
Gewoon biggenkruid treffen we aan op open plekken in grasland met een droge tot vochtige, voedselrijke grond. Ook op dijken, in bermen, op heide en ook op kalkgraslanden.
MM_130706
Gewoon biggenkruid is een heel algemene soort die volgens Schaminée, J. et al. (2010) Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland deel kan uitmaken van de
14 Klasse der droge Graslanden op zandgrond
14Bb2 Verbond van Gewoon struisgras
14Aa2 Duin-Buntgras-associatie
14Ba1 Vogelpootjes-associatie
14Bb1 Associatie van Schapengras en Tijm
14Bb2 Duin-Struisgras-associatie
16Bb1 Glanshaver-associatie
18Aa2 Associatie van Boshavikskruid en Gladde witbol
06Ac2 | Associatie van Vlottende bies | Scirpetum fluitantis |
07Aa1 | Bronkruid-associatie | Philonotido fontanae-Montietum |
08Bd2 | Pluimzegge-associatie | Caricetum paniculatae |
09Aa2 | Veenmosrietland | Pallavicinio-Sphagnetum |
09Aa3 | Associatie van Moerasstruisgras en Zompzegge | Carici curtae-Agrostietum caninae |
09Ba2 | Associatie van Vetblad en Vlozegge | Campylio-Caricetum dioicae |
09Ba3 | Associatie van Duinrus en Parnassia | Parnassio-Juncetum atricapilli |
09Ba4 | Knopbies-associatie | Junco baltici-Schoenetum nigricantis |
09Ba5 | Associatie van Bonte paardestaart en Moeraswespenorchis | Equiseto variegati-Salicetum repentis |
11Aa1 | Associatie van Moeraswolfsklauw en Snavelbies | Lycopodio-Rhynchosporetum |
11Aa2 | Associatie van Gewone dophei | Ericetum tetralicis |
11Aa3 | Associatie van Kraaihei en Gewone dophei | Empetro-Ericetum |
12Aa1 | Associatie van Engels raaigras en Grote weegbree | Plantagini-Lolietum perennis |
12Aa2 | Associatie van Varkenskers en Schijfkamille | Coronopodo-Matricarietum |
12Aa3 | Associatie van Vetmuur en Zilvermos | Bryo-Saginetum procumbentis |
12Ba1 | Associatie van Geknikte vossenstaart | Ranunculo-Alopecuretum geniculati |
12Ba2 | Associatie van Moeraszoutgras en Fioringras | Triglochino-Agrostietum stoloniferae |
12Ba3 | Associatie van Aardbeiklaver en Fioringras | Trifolio fragiferi-Agrostietum stoloniferae |
12Ba4 | Associatie van Kattedoorn en Zilte zegge | Ononido-Caricetum distantis |
13Aa1 | Associatie van Tengere veldmuur | Cerastietum pumili |
14Aa1 | Associatie van Buntgras en Heidespurrie | Spergulo-Corynephoretum |
14Aa2 | Duin-Buntgras-associatie | Violo-Corynephoretum |
14Ba1 | Vogelpootjes-associatie | Ornithopodo-Corynephoretum |
14Bb1 | Associatie van Schapegras en Tijm | Festuco-Thymetum serpylli |
14Bb2 | Duin-Struisgras-associatie | Festuco-Galietum veri |
14Bc1 | Associatie van Vetkruid en Tijm | Sedo-Thymetum pulegioidis |
14Bc2 | Associatie van Sikkelklaver en Zachte haver | Medicagini-Avenetum pubescentis |
14Ca1 | Duinsterretjes-associatie | Phleo-Tortuletum ruraliformis |
14Ca2 | Kegelsilene-associatie | Sileno-Tortuletum ruraliformis |
14Ca3 | Associatie van Oranjesteeltje en Langkapselsterretje | Tortello-Bryoerythrophylletum |
14Cb1 | Duin-Paardebloem-associatie | Taraxaco-Galietum veri |
14Cb2 | Associatie van Wondklaver en Nachtsilene | Anthyllido-Silenetum |
15Aa1 | Kalkgrasland | Gentiano-Koelerietum |
16Aa1 | Blauwgrasland | Cirsio dissecti-Molinietum |
16Ab1 | Veldrus-associatie | Crepido-Juncetum acutiflori |
16Ab2 | Associatie van Harlekijn en Ratelaar | Rhinantho-Orchietum morionis |
16Ab3 | Associatie van Echte koekoeksbloem en Gevleugeld hertshooi | Lychnido-Hypericetum tetrapteri |
16Ab4 | Associatie van Boterbloemen en Waterkruiskruid | Ranunculo-Senecionetum aquatici |
16Ab5 | Bosbies-associatie | Scirpetum sylvatici |
16Ab6 | Associatie van Gewone engelwortel en Moeraszegge | Angelico-Cirsietum oleracei |
16Ba1 | Kievitsbloem-associatie | Fritillario-Alopecuretum pratensis |
16Ba2 | Associatie van Grote pimpernel en Weidekervel | Sanguisorbo-Silaetum |
16Bb1 | Glanshaver-associatie | Arrhenatheretum elatioris |
16Bc1 | Kamgrasweide | Lolio-Cynosuretum |
16Bc2 | Associatie van Ruige weegbree en Aarddistel | Galio-Trifolietum |
17Aa1 | Associatie van Dauwbraam en Marjolein | Rubo-Origanetum |
17Aa2 | Associatie van Parelzaad en Salomonszegel | Polygonato-Lithospermetum |
18Aa1 | Associatie van Hengel en Gladde witbol | Hyperico pulchri-Melampyretum pratensis |
18Aa2 | Associatie van Boshavikskruid en Gladde witbol | Hieracio-Holcetum mollis |
19Aa1 | Associatie van Liggend walstro en Schapengras | Galio hercynici-Festucetum ovinae |
19Aa2 | Associatie van Klokjesgentiaan en Borstelgras | Gentiano pneumonanthes-Nardetum |
19Aa3 | Associatie van Maanvaren en Vleugeltjesbloem | Botrychio-Polygaletum |
19Aa4 | Associatie van Betonie en Gevinde kortsteel | Betonico-Brachypodietum |
20Aa1 | Associatie van Struikhei en Stekelbrem | Genisto anglicae-Callunetum |
20Aa2 | Associatie van Struikhei en Bosbes | Vaccinio-Callunetum |
20Ab1 | Associatie van Zandzegge en Kraaihei | Carici arenariae-Empetretum |
20Ab2 | Associatie van Eikvaren en Kraaihei | Polypodio-Empetretum |
20Ab3 | Associatie van Kruipwilg en Kraaihei | Salici repentis-Empetretum |
20Ab4 | Associatie van Wintergroen en Kruipwilg | Pyrolo-Salicetum |
21Ab1 | Muurvaren-associatie | Asplenietum ruto-murario-trichomanis |
22Aa1 | Strandmelde-associatie | Atriplicetum littoralis |
22Ab1 | Associatie van Loogkruid en Zeeraket | Salsolo-Cakiletum maritimae |
23Ab1 | Associatie van Zandhaver en Helm | Elymo-Ammophiletum |
26Ab1 | Associatie van Stomp kweldergras | Puccinellietum distantis |
26Ac1 | Associatie van Zilte rus | Juncetum gerardi |
26Ac2 | Associatie van Engels gras en Rood zwenkgras | Armerio-Festucetum litoralis |
27Aa1 | Associatie van Zeevetmuur en Deens lepelblad | Sagino maritimae-Cochlearietum danicae |
27Aa2 | Associatie van Strandduizendguldenkruid en Krielparnassia | Centaurio-Saginetum |
28Aa1 | Draadgentiaan-associatie | Cicendietum filiformis |
28Aa2 | Associatie van Borstelbies en Moerasmuur | Isolepido-Stellarietum uliginosae |
28Aa3 | Associatie van Dwergbloem en Hauwmos | Centunculo-Anthocerotetum punctati |
28Aa4 | Grondster-associatie | Digitario-Illecebretum |
29Aa1 | Associatie van Waterpeper en Tandzaad | Polygono-Bidentetum |
30Aa1 | Stoppelleeuwebek-associatie | Kickxietum spuriae |
30Ab1 | Associatie van Grote ereprijs en Witte krodde | Veronico-Lamietum hybridi |
30Ab3 | Associatie van Korrelganzevoet en Stijve klaverzuring | Chenopodio-Oxalidetum fontanae |
30Ba1 | Korensla-associatie | Sclerantho annui-Arnoseridetum |
30Ba2 | Associatie van Ruige klaproos | Papaveretum argemones |
30Bb1 | Associatie van Gele ganzebloem | Spergulo arvensis-Chrysanthemetum |
30Bb2 | Hanepoot-associatie | Echinochloo-Setarietum |
31Aa1 | Vlieszaad-associatie | Bromo-Corispermetum |
31Aa2 | Associatie van Raketten en Kompassla | Erigeronto-Lactucetum |
31Ab1 | Associatie van Kleine brandnetel | Urtico-Malvetum neglectae |
31Ab2 | Kruipertjes-associatie | Hordeetum murini |
31Ba1 | Slangenkruid-associatie | Echio-Verbascetum |
31Ca1 | Honingklaver-associatie | Echio-Melilotetum |
31Ca2 | Kweekdravik-associatie | Bromo inermis-Eryngietum campestris |
31Ca3 | Wormkruid-associatie | Tanaceto-Artemisietum |
33Aa1 | Associatie van Fijne kervel en Winterpostelein | Claytonio-Anthriscetum caucalidis |
33Aa2 | Heggedoornzaad-associatie | Torilidetum japonicae |
33Aa5 | Zevenblad-associatie | Urtico-Aegopodietum |
34Aa1 | Wilgenroosjes-associatie | Senecioni sylvatici-Epilobietum angustifolii |
35Aa2 | Associatie van Witte bosbraam | Rubetum silvatici |
37Ab1 | Associatie van Sleedoorn en Eenstijlige meidoorn | Pruno-Crataegetum |
37Ac1 | Associatie van Duindoorn en Vlier | Hippophao-Sambucetum |
37Ac2 | Associatie van Duindoorn en Liguster | Hippophao-Ligustretum |
37Ac3 | Associatie van Wegedoorn en Eenstijlige meidoorn | Rhamno-Crataegetum |
38Aa3 | Bittere veldkers-ooibos | Cardamino amarae-Salicetum albae |
40Aa1 | Dophei-Berkenbroek | Erico-Betuletum pubescentis |
41Aa1 | Gaffeltandmos-Jeneverbestruweel | Dicrano-Juniperetum |
41Aa2 | Korstmossen-Dennenbos | Cladonio-Pinetum sylvestris |
41Aa3 | Kussentjesmos-Dennenbos | Leucobryo-Pinetum |
42Aa1 | Berken-Eikenbos | Betulo-Quercetum roboris |
43Aa2 | Essen-Iepenbos | Fraxino-Ulmetum |
43Aa3 | Meidoorn-Berkenbos | Crataego-Betuletum pubescentis |
Als u geïnteresseerd bent in meer uitgebreide gegevens over de ecologie van Gewoon biggenkruid, de relaties met andere organismen en het milieu, dan vindt u dat in Weeda, E.J. et al., (1991) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 4: 155.
Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 624. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 696.
Een andere determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 1104.
Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Hypocháéris radicáta