Video Determinatie

Gewoon timoteegras - Phleum pratense

Een wel heel opvallend gras tijdens zijn bloei is Gewoon timoteegras, Phleum pratense. Het grijsgroene gras is een echte zomerbloeier en de dichte stijve aren zijn goed herkenbaar. Het enige gras dat op Gewoon timoteegras lijkt is Grote vossenstaart, maar dit is een lentebloeier. Daar komt nog bij dat de aar van Timotee de omtrek heeft van een langgerekte rechthoek, terwijl de aar van Grote vossenstaart meer elliptisch van vorm is. Bovendien voelt de aar van Grote vossenstaart heel zacht aan, terwijl Timotee juist heel stug en stijf is. In de aar zijn de U-vormige aartjes ook heel kenmerkend voor Gewoon timoteegras.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Timoteegras, in de nieuwste druk van de Heukels nu Gewoon timoteegras genoemd, Phleum pratense L. subsp. pratense, is een echte zomerbloeier en hoort tot de Grassenfamilie. De bloeitijd loopt van juni tot augustus. De donker- tot grijsgroene bloeiwijze is een opvallende samengetrokken aarvormige pluim, die daardoor enige overeenkomst heeft met de bloeiwijze van de Grote vossenstaart, maar als je beide bloeiwijzen een keer goed naast elkaar vergelijkt, zie je en voel je het verschil. De aarpluim of schijnaar van Timoteegras kan van 5 tot 25 cm groot worden en voelt grof en hard aan. Dit komt door de stijve recht afstaande wimperharen die op de buitenkant op de middennerf van de kelkkafjes te vinden zijn. De twee kelkkafjes eindigen in een stekelpunt, waardoor een enkel bloemetje op een U lijkt. Je kunt dat goed zien als je de aarpluim openbuigt. De aarpluim eindigt bijna loodrecht onderaan aan de stengel en je kunt als het ware om de hele bloeiwijze een rechthoek aanbrengen.

De vele aartjes zijn éénbloemig. Binnen de twee kelkkafjes vind je twee kroonkafjes; maar die zijn pas zichtbaar als je de kelkkafjes open buigt of afbreekt. De paarse helmknoppen worden op lange helmdraden tot ver buiten de bloeiwijze gestoken, zodat de helmhokken kunnen openen en de vele pollen afgeven aan de lucht. Als windbestuiver, zoals vrijwel alle grassen, veroorzaakt Timotee tijdens de bloei van juni tot augustus bij veel mensen hooikoortsachtige klachten.

Timoteegras is een fors overblijvend gras, dat veel in ons land is aan te treffen. Je vindt het in vochtige tot droge gras- en hooilanden en in de randen van struikgewas. De bodem is vaak zeer voedselrijk.

Er is een tweede ondersoort die niet groter wordt dan 50 cm: Klein timoteegras Phleum pratense subsp. serotinum, dat een bloeiwijze heeft die tot slechts 6 cm groot wordt. Het beste onderscheid tussen de twee ondersoorten is de vorm van het tongetje van de niet-bloeiende spruiten: het tongetje van Klein timoteegras is asymmetrisch met één driehoekige tand, terwijl dat van Timoteegras een stomp ongedeeld tongetje of twee kleine tandjes aan de uiteinden van het tongetje heeft.

MM_110507

Laatste wijziging 210430

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Doddegras - Phleum
Plantvorm:
gras
Plantgrootte:
0.40 - 1.50 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleuren:
geel, groen
Bloeiwijze:
aar
Bloemvorm:
grasbloem
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
2 kelkkafje, 2 kroonkafje
Meeldraden:
3 meeldraden
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
1
Stempels:
2
Vrucht:
graanvrucht of korrel
Zaden:
-
Stengel:
rechtopstaand
Schors:
-
Bladstanden:
in pollen, in rijen
Bladvorm:
lijnvormig
Bladrand:
gaaf
Ondergronds deel:
bijwortelstelsel
Plantengemeenschappen:

Gewoon timoteegras is van oorsprong een Europese grassoort. Het is als voedergewas in onder meer Noord-Amerika geïntroduceerd en tegenwoordig als een kosmopoliet te beschouwen. Ook in de Benelux is het een algemene zomerbloeier, die volgens Schaminée, J. et al. (2010) Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland, behoort tot de

16 Klasse van matig voedselrijke graslanden

De plantensoort 'Gewoon timoteegras' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Voordat Gewoon timoteegras in bloei komt is het een smakelijk gras voor het vee, maar zodra de bloeiwijzen ontstaan is het hard en stug, zodat vee het mijdt. Het forse Timoteegras is, naar aangenomen wordt, ontstaan door bastaardering van Klein timoteegras met een andere soort Doddegras. Zoals wel vaker gebeurt is zo'n bastaard productiever en ook forser dan de twee soorten waaruit het ontstaan is.

Nog meer informatie over de ecologie van Timoteegras en de relaties met andere organismen en het milieu is te vinden in Weeda, E.J. et al., (2003) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 5: 180.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 230. In deze flora heet het gras Timoteegras. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, H(Leni). (2020) Heukels' Flora van Nederland: 272. In deze flora luidt de Nederlandse naam nu Gewoon timoteegras.

Een andere determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 272.

Uitspraak van de wetenschappelijke naam: Phléum praténse