In ruigten die waterlopen begeleiden bloeit aan het eind van de lente en het begin van de zomer een opvallend hoog wordende plantensoort met witte tot roze bloemen die in schermvormige tuilen staan. Het is de Echte valeriaan, Valeriána officinális, die ook in de nazomer nogmaals kan bloeien.
Echte valeriaan, Valeriana officinalis L., hoort tot de Kamperfoeliefamilie of Caprifoliasceae. De overblijvende planten vallen vooral tijdens de bloei in de maand juni op. Dat is wat vroeger dan de andere hoge planten in de begroeiing waarin ze staan. Hun op schermen lijkende tuilen van witte tot roze bloemen steken fraai boven de begroeiing waarin ze staan uit. Ze worden immers tot 120 cm groot. Later in de nazomer bloeien nog wat lager aan de plant staande tuilen aan zijtakken.
De trompetvormige vijftallige tweeslachtige bloemen staan in tuilen bij elkaar. Meerdere tuilen samen geven de indruk van grote schermen. Na bevruchting groeit het driehokkig, onderstandig vruchtbeginsel uit tot een nootje. Zelden groeien alledrie de vruchtbeginsels uit. Bovenop het nootje groeien de kelkblaadjes uit tot een kroontje en vind je ook nog een aantal veervormige haren, een soort pappus, waarmee het nootje door de wind verspreid kan worden.
De planten hebben een wortelstok, waaruit stengels omhoog schieten, maar waar ook zijscheuten en ondergrondse uitlopers ontstaan. In het onderste deel van de planten treedt beharing op maar bovenin zijn ze kaal. De tegenoverstaande bladeren hebben schedes langs de steel. Hierin lijkt Echte valeriaan op de soorten uit de schermbloemenfamilie. De veerdelige bladeren hebben 9 tot 21 deelblaadjes. Deze zijn eirond tot lancetvormig en bij de bovenste bladeren zijn ze nog smaller en kun je spreken van lijnvormig. De bladrand van de deelblaadjes is grof gezaagd en soms zijn ze ook wat donkerder gekleurd.
Echte Valeriaan houdt van natte en voedselrijke bodems, maar kan er niet tegen als ze onder water komt te staan. Langs rivieren en sloten staat ze dan ook altijd boven de maximale waterhoogte. Maar ze doet het daar erg goed. Je vindt haar ook in moerasbossen, grienden vaak samen met Moerasspirea en Grote wederik, die allebei later bloeien. In de schaduw doet de Echte valeriaan het minder, maar ze kan toch aan nattere bosranden staan. Ook vind je haar in de duinen, op kapvlakten en in ruig grasland. Het voorkomen van Echte valeriaan wijst op een humeuze bodem.
De soort komt voor in de koele gematigde delen van Eurazië en is in Nederland algemeen, met uitzondering van de Veluwe, het noordelijk kleigebied en de Waddeneilanden. Uit de wortelstok werd vroeger wel een extract gehaald dat toegevoegd werd als rustgevend middel in dranken.
MM_111123
Valeriaan heeft een areaal dat de gematigde en koelere delen van Eurazië omvat. In onze streken is de soort algemeen met uitzondering van de kleigebieden in Friesland en Groningen. Op de Waddeneilanden en de Veluwe kom ze minder algemeen voor. De bodems waarop Echte valeriaan kan groeien zijn zeer uiteenlopend, maar vooral voedselrijk en humeus. Maar je vindt haar ook op basaltblokken en muren. Als bosplant staat de soort vooral in grienden. Het is een soort van ruige graslanden, struwelen en open bosschages. Schaminée, J. et al. (2010) Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland, delen de Echte valeriaan bij de onderstaande gemeenschappen in:
32Aa1 Ass. van Moerasspirea en Valeriaan
43Aa3 Meidoorn-Berkenbos
43Aa4 Goudveil-Essenbos
De wortelstok verspreidt een karakteristieke geur, waar katten opgewonden van kunnen raken en uit de wortelstok worden stoffen geëxtraheerd, die als kalmeringmiddel dienen in sterk alcolholische drank.
Uitgebreide informatie over de ecologie van echt valeriaan en de relaties met andere organismen en het milieu is te vinden in Weeda, E.J. et al., (1988) Nederlandse oecologische Flora.Wilde planten en hun relaties. Deel 3: 280.
Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 578. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 743.
Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 970.
Uitspraakaccenten van de wetenschappelijke naam: Valeriána officinális.