Video Determinatie

Kalmoes - Acorus calamus

Onder de grote oeverplanten langs onze rivieren, oude rivierarmen en plassen vind je zo nu en dan de typische bloeiwijzen van Kalmoes, Acorus calamus. Je ziet dat de kolven uit de zijkant van de rechtopstaande stengels lijken te steken. De planten vallen ook op door hun roodpaars gekleurde bladvoeten en de typische lekkere geur, die kenmerkend is voor Kalmoes. De zwaardvormige bladeren zijn rijdend en de bladranden vaak gegolfd.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Aan oevers van rivieren, rivierarmen, plassen en in verlandingsvegetaties vind je naast bij voorbeeld de Gele lis ook Kalmoes, Acorus calamus L., de enige vertegenwoordiger in Nederland en België van de Kalmoesfamilie. Meest opvallend aan Kalmoes is de bloeikolf een eigenaardige bloeiwijze die bestaat uit een groot aantal kleine aarvormig gerangschikte bloemetjes die uit een rechtopstaande stengel lijkt te komen.

De vele kleine bloemetjes hebben 6 identieke 2-3 mm grote bloemdekbladen, 6 meeldraden en een 3-hokkig vruchtbeginsel waaruit later de veelzadige bes ontstaat.

In de onderwaterbodem bevindt zich de vertakte wortelstok die tot 1 tot 3 decimeter dik kan worden en uit de wortelstok ontspruiten de rijdende zwaardvormige bladeren. Onderaan zijn die bladeren net als bij de Gele lis een beetje paasrood gekleurd. Als je de bladeren kneust en fijnwrijft tussen je vingers ruik je de lekkere geur die kenmerkend is voor de kruidige geur van Beerenburger of Deventer koek. De lange bladeren zijn zwaardvormig en rijdend, dat wil zeggen dat ze gevouwen zijn en zo in elkaar steken. De bladeren eindigen in een stompe spits en zijn vaak gegolfd.

De bloeistengel is bladachtig en driekantig op doorsnede. Op de plaats waar de bloeikolf staat ontspringt een schutblad dat precies de lijn voortzet van de stengel. Dit zie je ook bij een soort als Pitrus.

Kalmoes komt van oorsprong uit zuidoost Azie, maar is sinds de 16 de eeuw in onze contreien ingevoerd als cultuurplant en verwilderd en ingeburgerd. De planten hier komen niet tot vruchtzetting en je ziet dan ook zelden meer van de bloeiwijze dan de kolf. De verspreiding vindt hier plaats doordat stukken wortelstok worden afgeslagen van de moederplant en mee wordt genomen door het water of via grondverplaatsing door mensen werk. Het zou betekenen dat vrijwel alle Kalmoes hier tot wellicht één kloon hoort.

MM_120506

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Acorus - Acorus
Plantvorm:
oeverplant
Plantgrootte:
0.60 - 1.20 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleuren:
geel, groen
Bloeiwijze:
kolf
Bloemvorm:
regelmatig
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
6 bloemdek
Meeldraden:
6 meeldraden
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
-
Stempels:
1
Vrucht:
bes
Zaden:
-
Stengels:
rechtopstaand, driekantig
Schors:
-
Bladstand:
rijdend
Bladvormen:
lijnvormig, zwaardvormig
Bladranden:
gaaf, gegolfd
Ondergronds deel:
wortelstok
Plantengemeenschappen:

Kalmoes is van oorsprong een soort uit Zuidoost Azië en werd daar al als cultuurplant gekweekt. Vandaaruit is de soort verspreid over grote delen van de aarde en sinds de zestiende eeuw is de soort ook in West en Midden-Europa ingevoerd. Aangezien de soort hier vrijwel niet tot vruchtzetting komt vindt verspreiding van de inmiddles verwilderde plantensoort vrijwel alleen plaats via de wortelstokken, waarvan soms stukken door het water worden meegevoerd. Kalmoes wordt inmiddels beschouwd als een belangrijke soort van onze flora en in de Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland van Schaminée, J. et al. (2010), wordt ze dan ook ingedeeld als een belangrijke soort in de

08 Rietklasse

In deze klasse is een aantal associaties verenigd. Daarin tref je vrijwel altijd planten, al is het soms maar een enkel exemplaar, van de Kalmoes aan.

De plantensoort 'Kalmoes' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Waar de plant in oevers gaat optreden is dat een teken van verzoeting. Zo is de soort inmiddels opgerukt tot boven het IJ, waar voorheen Noord-Holland nauwelijks groeiplaatsen van Kalmoes kende.

Medicinaal gebruik

Uit Kalmoes, met name uit de wortelstok, wordt een middel geëxtraheerd, dat de eetlust kan opwekken danwel een bedorven maag kan tot rust brengen. De oude Nederlandse naam Maagwortel wijst hier eveneens op. Ook wordt het in sterke drank verwerkt, bekend is de Berenburg, en in Deventer koek. De aromatischer geur van deze koek is afkomstig van deze plant. Dat de plant, hoewel van oorsprong inheems in Oost-Azië, ook in de Oudheid al grote bekendheid genoot, blijkt uit verwijzingen in de Bijbel. In een leerdicht van Jacob van Maerlant (13 de eeuw) schrijft hij ook over der heilzame werking van Kalmoes. Eind zestiende eeuw plant Clusius wortelstokken van Kalmoes in Wenen en vandaaruit heeft de soort zich via afbrekende stukken van de wortelstokken over Europa verspreid

Nog meer informatie over de ecologie van Kalmoes en de relaties met andere organismen en het milieu is te vinden in Weeda, E.J. et al., (2003) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 5: 225-226.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 79. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 95.

Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 222.

Kleijn, H. (1970) Planten en hun naam. Botanisch Lexicon voor de Lage Landen Meulenhoff Amsterdam, pp 11-13.

Uitspraak van de wetenschappelijke naam: Acorus cálamus