Deze familie omvat een aantal bomen en struiken. De bladeren staan meestal tegenover elkaar en kunnen allerlei vormen hebben van enkelvoudige tot geveerd samengestelde bladeren. De bloemen zijn eveneens divers van bouw. Ze kunnen eenslachtig tot tweeslachtig zijn en sierlijke gekleurde kroonbladen hebben of kroonbladloos zijn. Het vruchtbeginsel is bovenstandig, met stijl en tweedelig stempel en het aantal meeldraden bedraagt meestal twee. De ‘kleurloze’ bloemen van de Es worden door de wind bestoven. Het pollen of stuifmeel is matig allergeen.
Aan de ene kant kennen we soorten die ook graag worden aangeplant in tuinen, zoals de Liguster en aan de andere kant de Es, die als laanboom geliefd, de laatste jaren lijdt aan de Essentaksterfte, en ook als inheemse soort in een aantal bosgemeenschappen vertegenwoordigd is. In sommige delen van Nederland spreken we wel van een Essenlandschap, wanneer daar veel Essen zijn aangeplant. Een voorbeeld is de Achterhoek.