Op de eerste duinenrij langs de kust is op het vloedmerk een vlezige niet stekelige plant te vinden met mooie lila kruisbloemen. Het is de Zeeraket, Cákile maríta. De soort is met zijn dikke sappige stengels en vlezige bladeren uitstekend aangepast aan het droge, winderige en zoute milieu. Ook in de binnenduinen tussen het Helm, en soms op heel andere plaatsen waar dan ongetwijfeld duinzand met zaad is aangevoerd kun je Zeeraket vinden.
Op de vloedlijn aan het strand in de zeereep, maar ook elders in de duinen kun je de Zeeraket, Cákile maríta Scop., uit de Kruisbloemenfamilie vinden. De éénjarige planten met hun lila tot paarse kruisbloemen zijn uitstekend aangepast aan het droge, winderige milieu waarin ze leven. De bladeren en stengels hebben een vlezig uiterlijk dat een gevolg is van de dikke waslaag die verdamping helpt tegenhouden.
De stengel van Zeeraket is vertakt, dik en sappig, waardoor deze veel kostbaar water kan vasthouden. De vlezige bladeren hebben een verkleind oppervlak doordat ze diep zijn ingesneden en daardoor een veerdelig uiterlijk hebben. Door op deze wijze hun oppervlak beperkt te hebben is de verdamping via de huidmondjes gering. Hoger in de plant neigen de bladeren zelfs naar een lijn-lancetvorm.
Bovenaan de vertakkingen ontstaan armbloemige trossen. De kruisbloemen hebben vier kroonbladen van zo'n 6 tot 10 mm lang, waardoor de doorsnede van de bloemen tot 1,5 cm bedraagt. De kleur is meestal zacht lila, maar kan variëren van wit tot paars. De naar honing ruikende bloemen trekken met hun nectar allerlei insecten aan, die voor de bestuiving zorgen, zoals dat ook te zien is in de video.
Zeeraket neemt zoet water op dat in de duinen via neerslag binnensijpelt. Bovenaan de vloedlijn, waar het vloedmerk het hoogste bereik van het zeewater aangeeft, is de hoeveelheid zout beperkt, terwijl er wel een lens van zoetwater gevormd wordt bovenop het zoute grondwater. Zeeraket kan elders voorkomen en dat is dan meestal te danken aan het verplaatsen van duinzand met daarin zaad naar elders.
MM_121122
Zeeraket is goed aangepast aan het milieu aan de kust. Het verspreidingsgebied omvat de kuststreken van West Europa en van de Middellandse zee. Van Noord-Scandinavië tot Madeira en tot in Zuid-Iran toe. In Schaminée, J. et al. (2010) Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland wordt Zeeraket beschreven als een kensoort van de
22 Klasse der Vloedmerkgemeenschappen
22Ab1 Associatie van Loogkruid en Zeeraket;
23Aa1 Biestarwegras-associatie
Het vloedmerk is langs de kust, maar ook wel langs rivieren, te herkennen als een lint, waar nogal wat organisch materiaal wordt afgezet bij de hoogste waterstanden. Het bestaat onder meer uit aangespoeld wier en hout. De organische stoffen verteren door de inwerking van micro-organismen en schimmels en de grond is daardoor op zo'n plek stikstofrijk, met bovendien een zoetwaterlens bovenop het zoutbevattende grondwater. Het is voor een aantal eenjarige soorten, zoals Zeeraket en Loogkruid een ideale standplaats. Ze hebben voor hun eenjarige groeicyclus immers veel meststof nodig.
Uitgebreidere informatie over de ecologie van Zeeraket en de relaties van deze soort met andere organismen en het milieu kunnen gevonden worden in Weeda, E.J. et al., (1987) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 2: 50.
Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 438. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 473.
Een andere determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 540.