In de duinen met name op de kalkrijke hellingen in de duinen ten zuiden van Bergen aan Zee, sporadisch ook nog wat noordelijker, komt de Welriekende salomonszegel, ook wel Duinsalomonszegel genaamd, behoorlijk algemeen voor. De planten hebben een ondergrondse wortelstok en daarop staat een stengel die gebogen is. De bladeren staan verspreid aan de stengel en in de oksel van de bladeren staan meestal 1 tot 2 bloemen, soms een paar meer. De vruchten zijn blauw-zwarte bessen.
De meerjarige Welriekende salomonszegel, Polygonatum odoratum (Mill.) Druce, uit de Aspergefamilie of Asparagaceae, komt heel algemeen voor in de kalkrijke duinen. Verder is de plantensoort behoorlijk zeldzaam.
Aan de ondergrondse wortelstok, waaraan je de lidtekens kunt vinden van de stengels van voorgaande jaren, ontstaat aan de top van de wortelstok een nieuwe stengel die uit het duinzand omhoog komt. Omdat de wortelstok zich vertakt en er dus meerdere groeipunten zijn, groeien de plant in groepen.
De stengel staat rechtop en net als bij de Gewone salomonszegel is de stengel gebogen. Om de voet van de stengel staat een aantal kleine en smalle bladeren als een soort van schede. Op de stengel staan duidelijke lijsten tussen de bladeren.
De ellipsvormige bladeren staan verspreid aan de stengel. In de bladeren kun je de gebogen nerven, in feite parallelle nerven, goed zien.
De buisvormige bloemen zijn wit van kleur met groene driehoekige eindslippen. De zes bloemdekbladen zijn met elkaar vergroeid tot een buis die over de hele lengte even breed is, namelijk zo'n 5 tot 7 mm. Een insnoering zoals we die bij de Gewone salomonszegelbloemen vinden mis je hier, waardoor ook geen sprake is van een klokvorm. De bloemen zijn behalve breder ook wat langer. De zes meeldraden staan halfweg op de bloemkroonbuis ingeplant en afwijkend van de Gewone salomonszegel zijn de helmdraden kaal. Het aantal bloemen dat in een bladoksel bij elkaar staat bedraagt meestal 1 of 2, maar er kunnen er tot 5 in de trosvormige bloeiwijze staan.
Bestuiving gebeurt door langtongige insecten als sommige hommels en vlinders onder meer aangetrokken door de zachte geur die lijkt op die van Lelietje-van-dalen. De bloembuis is te nauw om er in te kunnen kruipen. Het bovenstandig vruchtbeginsel groeit na bevruchting uit tot een blauw-zwarte bes. Let op dat de plant giftig is. Als de bessen uitgerijpt zijn, sterft het bovengrondse deel af; de wortelstok bevat reservevoedsel en overleeft.
MM_210118
Het verspreidingsgebied van de Welriekende salomonszegel is Europa en reikt tot poolcirkel en het westen van Engeland. Ook de Kaukasus, Siberië en China vallen binnen het areaal.
De Welriekende salomonszegel staat van de volle zon op droge duinhellingen tot in de schaduw van struikgewas en lichte bossen. De soort wordt in de rest van Europa vooral als zoomplant aangetroffen.
Als u geïnteresseerd bent in meer uitgebreide gegevens over de ecologie van de Welriekende salomonszegel, de relaties met andere organismen en het milieu, dan vindt u dat in Weeda, E.J. et al., (1991) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 4: 300-302.
Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 120. Of met de nieuwste druk van deze flora: Duistermaat, L (2020) Heukels' Flora van Nederland, 24ste druk: 131.
Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 330. In deze flora luidt de Nederlandse naam Duinsalomonszegel.
Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Polygonátum odorátum.
In het Duitse taalgebied: Wohlriechende Weisswurz, Maiglöckchengewächse; Kosmos Naturführer (2017). In Rothmaler, W. (1981) worden de namen Duftende Weisswurz en Salomonssiegel vermeld.