Met de herfst zitten we weer volop in het seizoen van vruchten. Veel soorten in de schappen van groenteboer en supermarkt zijn uit de Rozenfamilie of Rosaceae. Iedereen kent de gewone als Appel, Peer, Kers, Pruim, Braam, Framboos en Aardbei.
Minder bekend uit deze familie zijn Kweepeer en Mispel. De laatste, Mispel of Mespilus germanica, komt nu spontaan in Nederland voor maar zou lang geleden uit de Kaukasus en Turkije zijn geïntroduceerd. We vinden deze plant, als een kleine boom, in de rijkere bossen op goede grond van Zuid-Limburg, het Rijk van Nijmegen en in Twente en Achterhoek. Al lang in Nederland? Ja want we vinden in het wapen van Gelre (graafschap Gelre, omstreeks 1200) drie gestileerde vruchten van de Mispel afgebeeld.
De soort wordt ook gekweekt, en dan vinden we vruchten als op de foto, die veel groter zijn dan van de “wilde” Mispel. Geduld moet je hebben, want pas wanneer er koude nachten zijn geweest, worden de tanninen of looistoffen in de vrucht voldoende afgebroken om ze smakelijk te maken. Bij dat proces wordt ook het harde vruchtvlees zachter en zoeter. De smaak wordt als van een sterk aromatische appelmoes. Je kunt ze pas eten wanneer ze “zo rot als een mispel” zijn.
Tekst en foto Gerard Bögemann, 17 september 2017, © Flora van Nederland