Vaste lupine - Lupinus polyphyllus

Met zijn grote, handvormig, samengestelde bladeren met meestal 13 tot 15 deelblaadjes en de opvallend grote trossen met meestal blauwpaarse bloemen herken je de Vaste lupine, Lupinus polyphyllus gemakkelijk. Lupine wordt als groenbemester wel gebruikt door de biologisch werkende boer, maar komt ook voor in de randen van bossen, op droge omgewerkte grond, in ruige bermen, tuinen en langs spoorwegen.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Een meerjarige plant die tijdens de bloei opvalt door zijn opvallende grote trossen met meestal paarsblauwe vlinderbloemen is Vaste lupine, Lupinus polyphyllus Lindl., uit de Vlinderbloemenfamilie of Fabaceae.

Ondergronds hebben de planten een flinke penwortel met zijwortels waaraan wortelknolletjes te vinden zijn. In die wortelknolletjes zijn symbiotische Rhizobiumbacteriën aan te treffen, die luchtstikstof omzetten in voor de plant nuttige stikstofverbindingen. Daardoor is Lupine een plantensoort die de ervoor kan zorgen dat mineraalarme, zandige bodem op een natuurlijke manier voorzien wordt van stikstofbronnen als je de Lupines onderploegt.

Op die penwortel ontwikkelt zich de rechtopstaande, holle en behaarde stengel. Aan die stengel staan de bladeren verspreid. in de oksels van de bladstelen kunnen zijstengels ontwikkelen, die net als de hoofdstengel eindigen in bloemtrossen. De bladeren van Vaste lupine zijn heel kenmerkend: boven aan de bladsteel staat handvormig gerangschikt een groot aantal langwerpige tot lancetvormige deelblaadjes. Ze zijn tot zo'n 3 cm breed en hebben een gave rand. Het aantal is vaak meer dan 10 tot wel 15 deelblaadjes. De omtrek van het handvormig, samengestelde blad is cirkelvormig.

De hoofdstengel en ook de zijstengels eindigen in een grote tros met paarsblauwe bloemen. Het zijn vlinderbloemen met een vergroeide kelk en vijf kroonbladen. De twee onderste kroonbladen zijn vergroeid aan de onderzijde en vormen de zogenaamde kiel. Binnen deze kiel tref je de 10 tot een buis met elkaar vergroeide meeldraden aan. Door die buis loopt de stijl met stempel. Twee zijdelingse kroonbladen noemen we de zwaarden of de vleugels en de vlag staat rechtop. Wanneer een insekt dat zwaar genoeg is landt op de bloem drukt het de zwaarden opzij en door het gewicht gaan de twee delen van de kiel uit elkaar en komen de meeldraden en de stijl met stempel vrij. Na bestuiving en bevruchting groeit het bovenstandig vruchtbeginsel uit tot een peulvrucht. Deze is tamelijk groot en sterk behaard. Binnen de peul ligt een aantal ronde zaden, die voor fazanten aantrekkelijk voer zijn.

Opgemerkt dient nog te worden dat door allerlei kweekactiviteiten inmiddels ook anderskleurige bloemen zijn te vinden, wat Vaste lupine aantrekkelijk maakt als tuinplant.

MM_250222

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Lupine - Lupinus
Plantvorm:
kruid
Plantgrootte:
0.40 - 1.25 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleuren:
blauw, roze, wit, paars
Bloeiwijze:
tros
Bloemvorm:
vlinderbloemtype
Bloemtype:
tweeslachtig
Bloembladen:
5 vergroeide kelkbladen, 5 kroonbladen
Meeldraden:
10 vergroeid met elkaar
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
1
Stempels:
1
Vrucht:
peulvrucht of boon
Zaden:
bolvormig
Stengels:
hol, rechtopstaand, behaard
Schors:
-
Bladstand:
verspreid
Bladvormen:
ingesneden, handvormig, samengesteld
Bladrand:
gaaf
Ondergrondse delen:
wortelknollen (met ), penwortel met zijwortels
Plantengemeenschappen:

Vaste lupine is van oorsprong een Noord-Amerikaanse plantensoort, die in Europa als neofyt is ingevoerd als groenbemester en ook wel werd uitgezaaid als fazantenvoer. Met name de ronde zaden die uit de peulvrucht vrijkomen worden graag door deze vogels gegeten.

De plantensoort 'Vaste lupine' komt voor in de volgende plantenassociaties:

De bestuiving geschiedt via een mechanisme dat pomp-inrichting wordt genoemd. Pollen wordt in de kiel al vrijgelaten uit de helmhokken en telkens in kleine beetjes uit de spitse top van de kiel geperst. Gaat een insect als bezoeker op de kiel zitten, dan wordt het pollen tegen de buik afgezet. Ook kan door het gewicht van het insect opnieuw pollen naar buiten worden geperst. Door het gewicht van de bezoeker kunnen de zwaarden opzij gedrukt worden en de kiel geopend, waardoor helmhokken en stempel de bezoeker kunnen raken.

Uitgebreidere informatie over de ecologie van Vaste lupine en de relaties van deze soort met andere organismen en het milieu kunnen gevonden worden in Weeda, E.J. et al., (1987) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 2: 116.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 358. Of met de nieuwste druk van deze flora: Duistermaat, H(Leni). (2020) Heukels' Flora van Nederland, 24ste druk: 338.

Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 767.

Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Lupínus polyphýllus