Een klein blijvende Walstrosoort met witte bloemen die alleen voorkomt op kalkgraslanden is Kalkwalstro. De planten hebben kransen van meer dan 6 lijnvormige bladeren. De afstand tussen twee kransen is langer dan de lengte van een blad. De witte bloemkroon is bijna 4 mm breed en de kroonslippen hebben een kort stekelpuntje.
Een zeldzame meerjarige plantensoort uit de Sterbladigenfamilie of Rubiaceae is Kalkwalstro, Galium pumilum Murray. De plant komt vrijwel alleen voor op kalkgraslanden en die zijn in Nederland beperkt tot Zuid-Limburg. In België vinden we haar op de aansluitende gebieden aan Zuid-Limburg.
De plant vormt losse zoden in het grasland waar ze staat en de meeste rechtopstaande of opstijgende stengels dragen een pluimvormige bloeiwijze. Aan deze gevulde stengels, die tot zo'n 25 tot 30 cm hoog kunnen worden, staan de lijnvormige bladeren in kransen tot 7 à 8 toe. De grootste breedte hebben ze iets boven het midden en de bladeren in de bovenste kranen hebben een omgerolde rand. De lengte van de stengelleden tussen twee knopen waar een krans van bladeren staat is veel langer dan de lengte van de bladeren. Bij niet bloeiende stengels staan de kransen niet dicht op elkaar, zoals we dat wel zien bij de niet bloeiende liggende stengels van Liggend walstro. De stengels zijn vierkant en vaak in het onderste deel behaard. Bovenaan zijn ze altijd glad en kaal.
De bloemen zijn klein, ongeveer 3 tot 4 mm breed en de kroonbladen zijn wit van kleur en vergroeid. De kroonslippen zijn spits met een klein stekelpuntje. Het onderstandig vruchtbeginsel groeit uit tot een tweedelige splitvrucht, die in het algemeen glad is of wat stompe wratten heeft.
MM_190305
Kalkwalstro heeft een verspreidingsgebied dat Europa omvat, maar wel altijd gebonden aan kalkrijke bodem.
In Nederland is de soort strikt gebonden aan Zuid-Limburg.
Voor meer uitgebreide informatie over de relaties met andere organismen, het milieu en de ecologie van Kalklwalstro verwijzen wij naar Weeda, E.J. et al., (1988) Nederlandse oecologische Flora. Wilde planten en hun relaties. Deel 3: 111-112.
Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 475. Of met de nieuwe 24ste druk van deze flora: Duistermaat, L. (2020) Heukels' Flora van Nederland: 580.
Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 982. In deze flora wordt ook nog de wat oudere naam Heidewalstro gebezigd.
Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Gálium púmilum.