Zwarte moerbei - Morus nigra

Moerbei, Morus nigra, is een boom die in onze contreien wel aangeplant wordt vanwege zijn vruchten of als sierboom, soms ook wel in parken. De boom heeft een grillige, gegroefde schors met diepe plooien en grijs-bruin van kleur. De bladeren zijn driehoekig tot hartvormig. Het meest opvallen zijn de rood- later zwartkleurige schijnvruchten aan de bomen die katjes met stamperbloemen produceren.

Klik op een foto voor kenmerk met uitleg:
Verspreidingskaart
Ecologische parameters

Een tweehuizige boomsoort, waarbij de mannelijk bloeiende respectievelijk vrouwelijk bloeiende katjes op verschillende bomen te vinden zijn, is Zwarte moerbei, Morus nigra L. uit de Moerbeifamilie of Moraceae.

Meest opvallend zijn de vrouwelijke bomen, immers bij deze groeien de bevruchte vrouwelijke katjes uit tot rode schijnvruchten, de Moerbei, die later bij verdere rijping eerst donkerrood en dan naar zwart kleuren.

De bomen kunnen tot 10 meter hoog worden. Ze hebben stammen die bruin-grijs van kleur zijn en een diep geplooide tot gegroefde schors hebben. Aan de takken tref je de driehoekige tot hartvormige bladeren aan, die verspreid aan takken en twijgen zitten. De rand van de bladeren is gezaagd.

De vrouwelijk bloeiende bloemen zitten samen in katjes. Deze katjes zijn bijna zittend op de twijgen. Ze bloeien in mei en na bestuiving en bevruchting door pollen of stuifmeel, afkomstig van een andere boom, groeien ze uit tot schijnvruchten, de moerbeien. Tijdens deze rijping worden de bloemdekbladen vlezig en ze omhullen dan de droge vruchten, die in juli rijp zijn.

250314_MM

Hoofdgroep:
Plantenfamilie:
Plantengeslacht:
Moerbei - Morus
Plantvorm:
boom
Plantgrootte:
5.00 - 12.00 meter
Bloeiperiode:
Bloemkleur:
-
Bloeiwijze:
katje
Bloemvorm:
-
Bloemtype:
eenslachtig
Bloembladen:
-
Meeldraden:
-
Vruchtbeginsel:
bovenstandig
Stijlen:
2
Stempels:
2
Vruchten:
steenvrucht, schijnvrucht
Zaden:
nootje
Stengel:
rechtopstaand
Schors:
diep geplooid, bruin, grijs, gegroefd
Bladstand:
verspreid
Bladvormen:
hartvormig, driehoekig
Bladrand:
gezaagd
Ondergronds deel:
zinkerwortelstelsel
Plantengemeenschap:
-

Het oorspronkelijk areaal moet je zoeken in het westen van Azië. Moerbei is in meer noordelijke streken, zoals in Frankrijk en als tuinboom ook in de Benelux, vanwege de vruchten. Er zijn ook Moerbeibomen die witten schijnvruchten hebben. Dit zijn trouwens éénhuizige bomen, met andere woorden de mannelijk bloeiende stuifmeel producerende katjes en de vrouwelijk stamperkatjes zijn aan een en dezelfde boom te vinden.

De plantensoort 'Zwarte moerbei' komt voor in de volgende plantenassociaties:

Op de bladeren van de Witte moerbij kan de Zijdevlinder, Bombyx mori, zijn eitjes leggen. De zijderupsen leven van het blad van de Witte moerbij. Verpoppen na vier vervellingen en bij het verpoppen spinnen ze de zijdedraden die als een cocon om hun rupsenlichaam zit. Binnen de cocon ondergaat de rups de metamorfose tot zijdevlinder. Van oudsher worden de zijdedraden van de cocons gebruikt om zijde te weven. In Nijmegen voerde Prof. dr. J. Manuel Denucé onderzoek uit aan de biochemie van de Zijderups en de zijdedraden.

Het determineren op wetenschappelijke basis kan gebeuren met behulp van Meijden, R. van der (2005) Heukels' Flora van Nederland, 23ste druk: 401.

Of met de nieuwste druk van deze flora: Duistermaat, H(Leni). (2020) Heukels' Flora van Nederland, 24ste druk: 

Een andere gemakkelijke determinatie is mogelijk met Heijmans, E., Heinsius, H.W. en Thijsse, Jac.P. (1983) Geïllustreerde flora van Nederland, 22ste druk: 396.

Artikel over Zijderups in de Bijbel: https://www.amen.nl/artikel/2276/de-moerbeiboom-en-de-zijderups

Uitspraak (accenten) van de wetenschappelijke naam: Mórus nígra