Na de bloei ontwikkelen de scharlakenrode vruchten die pas door vooral lijster en pestvogels worden gegeten als in de winter de vorst over de vruchten is gegaan.
De Gelderse roos, Viburnum opulus L., is een struik die hoort tot de Muskuskruidfamilie. De struik komt voor in duinstruwelen, struweelranden en loofbossen waarvan de bodem goed vochtig is, maar niet blijvend doornat. Ze wortelt niet erg diep. Zeeklei, pure veengrond en sterk zure bodem wordt door de Gelderse roos gemeden. In drogere gebieden kun je Gelderse roos als een vochtindicator beschouwen.