Reis mee door onze flora. Een heel algemene soort die je aantreft op plekken met een hoge rijkdom aan mineralen en meststoffen is Kleine duizendknoop (SL0975) herken je als soort uit de Duizendknoopfamilie aan de tuitjes die aan de tere stengels te zien zijn daar waar de verspreid staande langwerpige bladeren te vinden zijn. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Anjerachtigen.
Reis mee door onze flora. Sneeuwbes (SL2107) uit de Kamperfoeliefamilie. Aan de struiken van de Gewone sneeuwbes zitten na de bloei gedurende een lange periode tot na de winter de witte bessen.
Reis mee door onze flora. Het oud-nederlandse woord slee betekent zoveel als de tanden stroef makend. Sleedoorn uit de Rozenfamilie is waarschijnlijk een van de stamouders van de pruim.
Reis mee door onze flora. Koolzaad (SL1802) uit de Kruisbloemenfamilie is een bekend geel bloeiend landbouwgewas. Koolzaad is een kruising tussen wilde soorten Kool en Raapzaad.
Reis mee door onze flora. Bleekgele droogbloem (SL0587) uit de Composietenfamilie. Door zijn viltige uiterlijk is de Bleekgele droogbloem te herkennen. De kroon van de bloemen is geelrood tot oranje.
Reis mee door onze flora. Akkerkool (SL0708) uit de Composietenfamilie. Akkerkool was al als akkeronkruid bekend bij de eerste akkerbouwers van de Bandkeramiek cultuur ongeveer 4400 voor Christus.
Reis mee door onze flora. Canadapopulier uit de Wilgenfamilie is tweehuizig, er zijn aparte bomen met mannelijke resp. vrouwelijke bloeiende katjes. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Geranium- en Vioolachtigen.
In het vroege voorjaar produceren mannelijk bloeiende Taxus bomen zoveel pollen of stuifmeel, dat, wanneer je ertegen tikt, hele wolken van pollen uit zo'n boom komen. Ze lijken dan wel in brand te staan en worden in het spraakgebruik dan ook 'Rookbomen' genoemd.
De bloemhoofdjes van Klein hoefblad vallen direct op. Ze zijn een van de eerste bloeiers in het jaar. Het bloemhoofdje bestaat uit een groot aantal (enige honderden) vrouwelijke lintbloemen, die voorzien zijn van een vruchtbeginsel met stijl en twee stempels.
Reis mee door onze flora. Door zijn ondergrondse knolletje en vooral door de teruggeslagen vijf gele kelkblaadjes en de geribbelde stengel onder de gele bloemen is de Knolboterbloem (SL1045) uit de Ranonkelfamilie goed te herkennen. Deze soort is ingedeeld bij de hoofdgroep Ranonkelachtigen.
Reis mee door onze flora. Paarse dovenetel uit de Lipbloemenfamilie is een eenjarig akkeronkruid. Het plantje wordt niet groter dan 10 tot 30 cm en bloeit bij zachte winters het hele jaar.
In onze bossen vallen in het voorjaar de hemelsblauwe bloemen tussen de donkergroene ovale bladeren van de Kleine maagdenpalm, Vinca minor, tijdens de bloei direct in het oog. De bloemen hebben vergroeide kroonbladen en zijn tot zo'n drie cm in doorsnede.